Stemmen uit Guatemala

Utrecht, 10 mei 2025, boekpresentatie ‘was het de moeite waard’

Zonder de pretentie te hebben een volledig beeld te schetsen van de situatie in Guatemala, wil ik hier de aandacht vestigen op een aantal thema’s die voor veel mensen in Guatemala relevant zijn: de oorlog van de jaren ’60 en ’70, de vredesakkoorden, de economische situatie, de corruptie, de justitiële macht en de straffeloosheid, vrije pers en vrijheid van meningsuiting, president Arévalo en de indiaanse gemeenschap, en het historisch geheugen.

De recente geschiedenis van Guatemala kenmerkt zich met name door een uitermate wrede burgeroorlog in de jaren zeventig en tachtig. Meer dan 250.000 slachtoffers, 25.000 mensen die tot op de dag van vandaag verdwenen zijn, 430 dorpen werden van de kaart geveegd en er waren ruim 150.000 vluchtelingen en  1.500.000 ontheemden. 83% van de slachtoffers waren Maya’s. Grote menselijke verliezen en onvoorstelbaar leed. Een nietsontziende cultuur van de dood.

In 1996 werden er 12 vredesakkoorden getekend tussen de toenmalige regering en de verzetsorganisaties verenigd in de URNG om een eind te maken aan het interne gewapende conflict die het land meer dan 36 jaar had geteisterd. De oorzaken van de oorlog zouden worden aangepakt. Het zou van Guatemala een multi-etnisch, multicultureel en veeltalig land moeten maken en het zou een breuk moeten betekenen met de uitsluiting, de armoede en het historische racisme ten koste van de indiaanse bevolking, de rechtsstaat zou versterkt worden, het zou een inclusieve en participatieve democratie worden. Het zou de start moeten zijn van een cultuur van vrede: gebruik maken van pacifistische methodes zoals de dialoog, tolerantie en samenwerking in plaats van gebruik te maken van geweld.

MAAR, de straffeloosheid bleef, net zoals de steeds grotere ongelijkheid en armoede. Het geweld nam nieuwe vormen aan van georganiseerde criminaliteit, wat de militarisering van de samenleving rechtvaardigde en wel zodanig dat het lijkt dat men in Guatemala opnieuw in een niet openlijk erkende oorlog leeft.

Irma Velásquez Nimatuj, Guatemalteekse antropologe, zegt hierover:  

‘We dachten dat we het voorbeeldland zouden kunnen zijn met traditionele rechtvaardigheid, een land wat in staat was om recht te doen aan de personen en de gemeenschappen. Maar we zijn getuigen van het tegendeel, er is steeds minder rechtvaardigheid en er wordt gebruik gemaakt van publieke instellingen voor het beschermen van de eigen belangen en het versterken van de straffeloosheid en de ongelijkheid. De staat is een project ten behoeve van een kleine groep. Er is steeds meer repressie en er wordt gebruik gemaakt van repressieve apparaten. Het verleden wordt doodgezwegen.’

‘We zijn met verbijstering ooggetuige van hoe we onverwacht en snel terugkeren naar het verleden. Het recht wordt teruggedraaid en publieke instanties  worden gebruikt, en ook private instanties, voor een steeds sterker Guatemala ten behoeve van slechts enkelen die dat nodig hebben om te kunnen opereren in een klimaat van straffeloosheid en ongelijkheid.’

‘Maar als we zwijgen, zouden we kunnen terugkeren in het verleden. Publicaties die  het recente verleden reconstrueren zijn een belangrijke bijdrage, zeker nu er grote onzekerheid is nu de acteurs uit het verleden weer op het toneel verschijnen om het land opnieuw te begraven in geweld, straffeloosheid en zwijgen over het verleden. We kunnen die gebeurtenissen die zoveel schade aan het land en haar inwoners heeft toegebracht, niet vergeten.’

‘We dachten dat datgene wat onderhandeld was tussen sectoren, ten uitvoer gebracht zou worden, maar   we kunnen terugkeren naar het gruwelijke verleden als we zwijgen en als we blijven geloven dat het ons niet zal bereiken door de inzet van de staatsinstellingen.’

Einde citaat.

Al met al

De situatie lijkt echter slechter dan vroeger. De vredesakkoorden waren vooral voordelig voor de politieke klassen en niet voor de mensen. De akkoorden zijn nooit nageleefd, de politiek aspiraties liepen stuk. De politiek klassen werd gecorrumpeerd met steun van de oligarchie en de narcos’s die de staatsinstellingen hebben geïnfiltreerd. Alleen deze klasse wordt bevoordeeld.

Guillermo Juarez vriend en oud-collega zegt: 

‘Economisch lijkt het land er wel beter voor te staan. Het interne bruto product staat er goed voor. Dit zou je een succes van de regeringen kunnen noemen, maar het is vooral dankzij geld wat familieleden uit de VS opsturen. De zogenaamde ‘remesas’.’

‘Er is een constante vlucht van mensen naar het noorden, naar Ecuador, Spanje, Australië , waar men maar heen kan. Men betaalt minimaal 10.000 dollar aan een mensenhandelaar. Het gaat vooral om jongeren. ‘Onze jongeren trekken weg.’

Wat het effect van het beleid tegen migranten in de VS van Trump zal zijn, valt te bezien.‘

‘Exportproducten zijn suiker, koffie en kardemom, maar alleen de rijke klasse wordt hier beter van, net zoals de opbrengsten van de Afrikaanse palm voor de productie van palmolie.  

‘Ze kopen je perceel en zeggen dat je voor hen kunt komen werken. Maar is dat ook nog zo na vijftien jaar? Dan ben je misschien weer een landloze boer.’

Einde citaat.

Corruptie is overal. De Nationale Commissie tegen de Corruptie heeft o.a. de malversatie van miljoenen quetzales aangekaart. Maar er is sterke oppositie van rijke zakenlieden, hoge functionarissen in het leger en de voormalige president Giammetei. Men spreek van de ‘corrupte elite’. Voor hen is de staat een project om zich te verrijken en niet om het volk te dienen. 

Angela Ixkic Bastian Duarte, Guatemalteekse journaliste en docent aan de universiteit van Cuernavaca in Mexico zegt:

‘Ik doe samen met mijn collega Alba Patricia onderzoek naar ontheemde boerengemeenschappen in de Biósfera Maya, een beschermd natuurgebied, in het noorden van Guatemala. Boerengemeenschappen zijn verdreven door het leger uit het gebied onder het mom dat ze een gevaar vormen voor het natuurbehoud. Maar in werkelijkheid zijn ze verdreven zodat de illegale houtkappers en de narco’s vrij spel hebben voor hun illegale praktijken. Aan de grens van het gebied proberen ze te overleven. Deze ‘ desplazamientos forzados internos’ zijn het resultaat van corruptie, straffeloosheid en een totaal gebrek aan agrarisch beleid.

Einde citaat.

Guillermo Juarez gaat verder:  

De justitiële macht is volledig geïnfiltreerd door de corrupte elite. Het merendeel van de rechters is met de dood bedreigd en zijn gevlucht. Ze worden niet gedood, maar het land uitgejaagd. Boerenleiders echter, worden wel vermoord.

Straffeloosheid is aan de orde van de dag. Rechters  beschermen bijvoorbeeld ex militairen die veroordeeld zijn voor misdaden tegen de menselijkheid. Dit wordt ondersteunt door hoge publieke corrupte functionarissen en de maffia die geïnfiltreerd is in de staat.

Het Hof van Beroep heeft de zaak van ‘Cheompas” geannuleerd. Er zijn op de militaire basis in Coban menselijke resten gevonden van meer dan honderden slachtoffers uit de jaren ’81 – ’88. De slechts acht militairen die beschuldigd waren, zijn vrijgelaten en alle documenten zijn vernietigd.

Dit Pact van Straffeloosheid van rechters, magistraten, zakenlui en politici heeft het discours ‘dat er een interne vijand bestreden moet worden’, en hanteren de slogan:  

‘hoge militairen berecht je niet, en zeker veroordeel je die niet.’

Einde citaat

In zo’n corrupt systeem past geen vrije pers en vrijheid van meningsuiting

Zo is daar het geval van José Ruben Zamorra Marroquín  is mede-oprichter van drie kranten,  Siglo Veintiuno  (’90El Periódico (96) en Nuestro Diario (’98). 

Hij publiceerde onder andere schandalen over de corrupte elite in Guatemala. Onder de regering van Alejandro Giammattei (20-24) werd hij in juli ’22  gearresteerd onder valse beschuldigingen van witwassen. Dit werd gezien als een aanval van de corrupte elite en een duister regiem op de vrije pers. Hij werd veroordeelt tot 6 jaar cel. Twee van zijn advocaten werden opgepakt en twee werden dusdanig bedreigt dat ze zich terugtrokken. El Periódico moest sluiten en acht andere journalisten werden berecht. Hij werd in oktober ’24 vrijgelaten en onder huisarrest geplaatst, maar hij is op 10 maart dit jaar opnieuw gearresteerd.

Een voorbeeld van de onderdrukking van de vrije pers door een duister en corrupt regiem.

Wat kan de huidige sociaal democratische president César Bernardo Arévalo de León hier tegen doen? Hij is de president die tot ieders verbazing in ’23 de verkiezingen won.  Tot zijn beëdiging in januari 2024 is er van alles geprobeerd om zijn verkiezing ongeldig te laten verklaren en vast werd er ook rekening gehouden met een aanslag.

In die periode was het zeer opmerkelijk te zien dat de indiaanse gemeenschap in het hele land ter verdediging van het democratische proces weken lang meer dan 100 kruispunten bezet. Voor het eerst manifesteerde de indiaanse bevolking zich niet alleen plaatselijk of regionaal, maar nu nationaal. Ook de voornamelijk ladino-bevolking van de hoofdstad sloot zich aan. 

Voor het eerst in de geschiedenis gingen indiaanse gemeenschappen voorop in de strijd voor behoud  van de democratie. De laatste weken ging de indiaanse gemeenschap opnieuw de straat op vanwege de arrestatie van twee boerenleiders. Samen met de president vormen ze een strategische alliantie  om de democratie te verdedigen. Ze vormen momenteel de belangrijkste nationale politieke factor, ondanks het feit dat de corrupte elite vindt dat ze terroristen zijn

Arévalo won de uitvoerende macht, maar heeft geen meerderheid in het congres, 32 van de 160 zetels.  De juridische macht is ‘coptado’,  staat onder absolute invloed van de corrupte elite. Zo wil Arévalo  dat het leger zijn archieven opent, maar zijn handen zijn gebonden en hij loopt het risico onderuit gehaald te worden

Het historisch geheugen is voor veel mensen, de overlevenden van het geweld, van groot belang. Het gaat om de waarheid over wat er in het verleden tijdens de oorlog is gebeurd. De corrupte elite wil niets weten van het verleden, zand en stilte erover.

Maar het zwijgen en ontkennen is verstikkend voor de overlevenden.  

Of zoals de kunstenaar Anselm Kiefer zegt:
‘Wij mogen dan de vergeten zijn, maar wij vergeten niets.’
Of zoals de Nederlands-Surinaamse beeldend kunstenaar Patricia Kersenhout zegt:
‘Het is nooit te laat je plek in de geschiedenis in te nemen.’

Arévalo is van plan on het ‘Memoria Histórica’ in het curriculum voor het onderwijs op te nemen zoals afgesproken in de Vredesakkoorden. Maar  er is veel oppositie van de oligarchie en het leger.

Fotograaf Piet den Blanke, zijn dood was de aanleiding voor het boek Was het de Moeite Waard, heeft o.a. een belangrijke bijdrage geleverd aan het historisch geheugen van Guatemala. Het is niet voor niets dat mensen van Santa Lucia naast zijn kist stonden in Guatemalastad om hem te bedanken voor zijn bijdrage aan hun strijd voor gerechtigheid voor hun verdwenen geliefden. Hij werkte samen met Mario Coolen aan twee boeken met getuigenissen die voor de nabestaanden van Santa Lucia niet alleen erkenning betekende, maar ook door hen gebruikt konden worden om een officiële aanklacht in te dienen bij de Inter-Amerikaanse Commissie voor de Mensenrechten.

Guillermo Juarez zijn broer is verdwenen in de oorlog, zegt:

‘Niet iedereen zit te wachten op de waarheid. Zo werd een plaquette op de San Carlos Universiteit met de namen van de martelaren van ‘70 – ’80, waaronder de naam van mijn broer, al de volgende dag kapot werd geslagen. Maar de families moeten verder met hun rouw, dus iedere bijdrage om het verleden onder de aandacht brengen is van vitaal belang voor de overlevenden en voor de ontwikkeling van het land.’

Einde citaat.

Marta Macz Pacay, strijdster voor vrouwenrechten en vroedvrouw zegt hierover:  
‘De waarheid uit het verleden dient voor  bewustwording, dat we blijven strijden
voor een rechtvaardiger en gelijkwaardiger land.’

Einde citaat

Graciela Ixcayau, leidster van de vrouwenorganisatie Ixmucané zegt:

‘De verhalen uit het boek ‘no regresar al pasado’ zijn echt gebeurd ook al zeggen ze dat er geen massamoorden waren. Die waren er wel degelijk en we hebben het echt meegemaakt. Ik was toen elf jaar. We hebben veel doden gezien, maar de doden praten niet. Daarom verheffen wij hun stem, ze leven voort in ons. We hebben ze bij ons opdat hun verhaal gehoord wordt. Wij zwijgen niet, we verzetten ons. Het verhaal over het verleden moet verteld blijven worden.’

Einde citaat

Dit zegt Maria Teresa Aguilar, indiaanse boerenleidster na haar terugkeer naar Guatemala na meer dan tien jaar ballingschap in Mexico.

‘We kunnen zeggen dat het voordeel dat we hebben gehad van zoveel leed minimaal is geweest, met zoveel slachtoffers en duizenden weduwes. De oorlog was noodzakelijk om te breken met een militaire structuur, maar het heeft geen winst opgeleverd omdat de samenleving uiteen is gevallen, zwaargewond met diepe fysieke en mentale wonden. Het kost veel moeite die wonden te genezen.’

De aarden kruik, la olla, waar ze vervolgens over spreekt  is het Maya symbool voor het leven, de baarmoeder, het onderhoud en de eenheid van de familie.  

‘De terugkeer naar Guatemala betekende voor ons  dat we de kruik, die was gebroken, konden repareren. We zijn in stukken uiteen gevallen, enkelen zijn dood, andere hebben hun bestemming bereikt, , andere gaan weer terug en er zijn familieleden waarvan we niet weten of ze nog leven of dood zijn. Vroeger waren we een hele kruik, maar toen de mensen werden vernietigd, brak de kruik in stukken. Op het eind waren we niets meer, alleen een stukje van een kruik in duizend stukken. We willen die kruik weer repareren. Dat kost erg veel, het is niet makkelijk en er zijn veel littekens, maar we maken een nieuwe kruik met een nieuwe toekomst en met een rechtvaardigere visie.’

Einde citaat

Tot slot het woord aan Eduardo Galeano met zijn gedicht Ojalá

Ojalá podamos tener el coraje de estar solos
y la valentía de arriesgarnos a estar juntos,
porque de nada sirve un diente fuera de la boca,
ni un dedo fuera de la mano.
Ojalá podamos ser desobedientes,
cada vez que recibimos órdenes
que humillan nuestra conciencia
o violan nuestro sentido común.
Ojalá podamos merecer que nos llamen locos,
como han sido llamadas locas las Madres de Plaza de Mayo,
por cometer la locura de negarnos a olvidar
en los tiempos de la amnesia obligatoria
Ojalá podamos ser tan porfiados para seguir creyendo,
contra toda evidencia,
que la condición humana vale la pena,
porque hemos sido mal hechos,
pero no estamos terminados.
Ojalá podamos ser capaces
de seguir caminando los caminos del viento,
a pesar de las caídas y las traiciones y las derrotas,
porque la historia continúa, más allá de nosotros,
y cuando ella dice adiós, está diciendo: hasta luego.
Ojalá podamos mantener viva la certeza
de que es posible ser compatriota y contemporáneo
de todo aquel que viva animado por la voluntad de justicia
y la voluntad de belleza,
nazca donde nazca y viva cuando viva,
porque no tienen fronteras los mapas del alma
ni del tiempo.