INTERVIEWNICARAGUA

Miranda van der Klaauw

Miranda van de Klaauw is meer dan vijfentwintig jaar betrokken bij de Stedenband Tilburg- Matagalpa. Ze vertelt over wat er is bereikt en wat het voor de mensen in Matagalpa heeft opgeleverd. Maar de situatie in Nicaragua wordt steeds nijpender. De stedenband beraadt zich over haar toekomst.

Afkomstig uit Den Helder

Miranda is in 1966 geboren in een gezin in ‘ t Zand, een dorp bij Den Helder. Haar vader was onderwijzer en haar moeder huisvrouw. Ze heeft een jongere broer. De ouders waren katholiek en maatschappelijk actief. Haar vader zat in het bestuur van de Zonnebloem en moeder was actief in de kerk en bij de sport.

Studeren in Den Haag

In 1985 ging Miranda op 18-jarige leeftijd in Den Haag Toegepaste Huishoudwetenschappen studeren. Tegenwoordig is dat facilitaire dienstverlening. Het was een tamelijk brede studie, het ging ook over milieu en migratie.
Stedenband en bouwbrigade

In Den Haag leerde ze de Stedenband Den Haag Juigalpa kennen op een voorlichtingsbijeenkomst op het COS aan de Prinsegracht. Ze ging meedoen aan de ‘Nacht van Juigalpa’, en hoorde over de bouwbrigade. Ze besloot om aan het einde van de studie aan de bouwbrigade deel te nemen.

Voor Miranda was het de eerste keer dat ze in Latijns-Amerika was. De brigade was een groep van dertig mensen, die een opleidingshuis voor verplegend personeel bij het ziekenhuis moesten bouwen. Men verbleef bij mensen thuis en de contra’s waren alleen nog maar een dreiging op de achtergrond.

Miranda ging terug in Nederland bij het tijdschrift over Midden-Amerika ‘Fuente’ werken. Inmiddels is in Nicaragua Violeta Chamorro met de UNO aan de macht. Ook in Juigalpa is een UNO-burgemeester.

Voor haar deeltijdstudie Niet-Westerse Sociologie doet ze een half jaar onderzoek in Mexico en ze heeft een baan bij een kringloopwinkel, die ze heeft helpen opzetten.
In 1996 is er een vacature als coördinator bij de Stedenband Tilburg-Matagalpa. Ze wordt aangenomen en werkt daar nog steeds.

Wat heeft het opgeleverd?

‘Of het allemaal de moeite waard is geweest? De projecten van de stedenband duidelijk wel. Er zijn echt veel mensen bereikt en er is een duurzame vriendschapsband ontstaan. Neem bijvoorbeeld het onderwijs. Er doen twaalf scholen in Matagalpa mee aan de projecten. Dat heeft zeker er voor gezorgd dat er in Matagalpa kennis is verworven over nieuwe werkvormen, bijvoorbeeld op het gebied van rekenen en gymnastiek.’

‘Ook op persoonlijk vlak heeft het voor mij en andere betrokken mensen veel opgebracht. Vriendschappen en werken in een collectief. Het was altijd de moeite waard, al zal niet elk project geheel geslaagd zijn. De vraag is wel hoe structureel de banden zijn en wat er van overblijft als vrijwilligers stoppen of de subsidie verdwijnt. Maar in het voorjaar gaan we weer verder met een onderwijswerkbezoek, waarin kennisuitwisseling centraal staat voor het basisonderwijs en waar ook mensen van de PABO aan deelnemen.’

‘Ik ben bijna elk jaar wel naar Matagalpa geweest. We kennen daar veel mensen heel goed. Meer dan 25 jaar later is de stedenband nog steeds alive and kicking. De subsidie van de kant van de gemeente is een stuk minder geworden. Er wordt nu ook koffie verkocht. Er was ook een toerismeproject bedacht om wat eigen inkomsten te genereren, maar daar is de klad in gekomen.’

Miranda kan een goed overzicht geven van de veranderingen in Nicaragua en vooral in Matagalpa, van de afgelopen 25 jaar. ‘Emancipatie is daar duidelijk geslaagd. Er zijn veel bewegingen ontstaan om het land op te bouwen. Die gingen ook door onder andere regeringen dan de sandinisten en kregen steun van de stedenband. Vooral steun aan het onderwijs. We hadden grote projecten om scholen te steunen met directe banden met scholen in Tilburg. Maar ook de vrouwen, die waren georganiseerd in het vrouwencollectief en hadden een eigen radio. Ze hadden allerlei succesvolle projecten en evenementen, zoals manifestaties op de Internationale Dag tegen Geweld tegen Vrouwen, een theatergroep die ook naar Tilburg is gekomen om op te treden. Jarenlang is ook de verbetering van moeder- en kindzorg gesteund, eerst via het Casa Materna, later met de financiering van een Moeder- en Kindcentrum in de polikliniek.’

‘Nicaragua is er zeker op vooruit gegaan sinds de Sandinistische revolutie, met vallen en opstaan.
Mensen kregen het langzaam wel steeds beter. Er zijn duidelijk wel resultaten geboekt op het gebied van onderwijs, gezondheidszorg, armoedebestrijding en infrastructuur. Er is duidelijk vooruitgang en vooral de mondigheid van de burgers is enorm toegenomen. Vrouwen zijn aantoonbaar mondiger en zelfverzekerder geworden.’

‘Er zijn nog meer stedenbanden die nog actief zijn trouwens, ik schat dat de helft van de stedenbanden uit de hoogtijdagen in de jaren 1980 nog wel bezig zijn. Al zal dat wel anders zijn en misschien minder intensief dan toen. We zien ook dat er nu een ander soort vrijwilliger naar ons toe komt. Er zijn nog steeds veel jongeren die interesse hebben, maar de inzet is vaak korter, meer tijdelijk. Het zapgedrag is nu sterker, waar eerder mensen de organisatie trouw bleven steunen.’

Steeds minder ruimte

‘Sinds de commotie en de studentenprotesten in 2018 die tot noodtoestanden leidden, zijn veel ngo’s opgeheven of geconfisqueerd. Ook veel partners van de stedenband werden getroffen.
Het is moeilijk. We passen wel degelijk zelfcensuur toe. We berichten over bepaalde zaken niet om onze partners niet in de problemen te brengen. Dat is natuurlijk heel erg. Dit betreft bijvoorbeeld de behandeling van de plaatselijke bisschop Monseñor Rolando Alvarez, die tot 26 jaar gevangenschap is veroordeeld en al anderhalf jaar vastzit. (red: de bisschop is in januari 2024 vrijgelaten en met een aantal andere priesters het land uitgezet) In het begin hebben we over dit soort dingen bericht in de nieuwsbrief, maar ngo’s werden steeds harder aangepakt.’

‘Veel mensen zijn gevlucht of ondergedoken en staan op de zwarte lijst en kunnen dus geen ander werk krijgen. Tot Ortega terug aan de macht kwam, hebben we altijd met lokale autoriteiten samengewerkt voor onze projecten. Hoe we als stedenband met de nieuwe situatie om moeten gaan is onderwerp van voortdurende discussie. We werken nu nog samen met de Movimiento Comunal en de lokale ngo Mano Vuelta, Wederzijdse Hulp. Die stelt zich neutraal op en wij moeten ons ook gedeisd houden om de projecten niet in gevaar te brengen. De burgemeester, Sadrach Zeledón, een vooraanstaande Sandinist, laat hen met rust. Ze moeten wel maandelijks verslag uitbrengen aan het Ministerio de Gobernación en aangemeld zijn als ‘agente extranjero’.’

Hoe nu verder?

Persoonlijk heeft Miranda het moeilijk met het vinden van de juiste houding in deze situatie. ‘Het is ons er altijd in eerste instantie om gegaan om mensen vooruit te helpen en de stedenband was een vriendschapsband. De projecten zijn nooit heel erg politiek geweest. In het begin natuurlijk wel, maar al in 1990, toen de rechtse oppositie de verkiezingen won, was er een ‘wat nu moment’.
en is er besloten door te gaan. Het argument was toen, en nog steeds: we werken met de mensen samen, niet met de politieke krachten.’

‘Het is nu heel ingewikkeld geworden en het werk is ook veel minder ‘leuk. Je kunt kritische groepen niet meer steunen. Je kunt er ook niet makkelijk meer naar toe reizen, ook toeristen moesten zich lange tijd van tevoren melden om toestemming te krijgen om het land te kunnen bezoeken. De situatie ter plekke is gespannen. Thuis in Tilburg krijgen we ook vragen, bijvoorbeeld van ouders op een school die een project in Matagalpa heeft lopen. Die geven we hetzelfde antwoord: we gaan door zo lang het mogelijk is.

Slecht nieuws

‘Net voor Kerst 2023 werd bekend dat de Movimiento Comunal het werk onmogelijk is gemaakt en is gesloten. De angst of dit ook ons Comité Mano Vuelta kan treffen houdt ons bezig. We denken dat het beter is om te gaan afbouwen om te voorkomen dat we gedwongen moeten stoppen. We gaan kijken wat we wel overeind kunnen houden zoals de contacten met de koffieboeren en of we in Tilburg nog wel aan educatie kunnen blijven werken.’