verslag bijeenkomst 10 mei
Valio La Pena: De onvermijdelijke pijn van revolutie en solidariteit
Op 10 mei werd in De Kargadoor in Utrecht het boek ‘ Was Het de Moeite Waard’ gepresenteerd. Het boek gaat over de recente geschiedenis van Midden-Amerika en over mensen die actief waren in de solidariteitsbeweging met de mensen die actief waren in de revoluties van de jaren ‘ 70 en ‘ 80.
Er kwam veel commentaar op die titel. Er zijn toen zoveel mensen gesneuveld, hoe kun je die vraag überhaupt stellen?! Al snel kwamen de antwoorden: het kon toen niet anders, er waren militaire dictaturen aan de macht, vreedzame bewegingen kregen met grof geweld te maken… Maar ook, al bij de keynote van Francine Mestrum, de opmerking dat het natuurlijk ook nodig was om vragen te stellen bij de praktijk, en kritisch te evalueren. De dag begon – onder leiding van Ruud Lambregts – met een welkomswoord op video van Lou Keune. Lou was wegens zijn kwakkelende gezondheid namelijk niet in staat om lijfelijk aan het programma deel te nemen, en had daarom een korte video gestuurd. Zijn naam zou nog vaak genoemd worden tijdens de loop van de dag.
Ruud Lambregts vertelde vervolgens wat over de achtergrond van het boek, en de manier waarop dat tot stand gekomen is. En er werd natuurlijk verwezen naar de fotograaf Piet den Blanken. Zijn plotselinge overlijden, in Guatemala in april 2022 was de aanleiding om dit boek te maken. De strijd van de arme bevolking in Midden-Amerika was namelijk een belangrijk onderwerp van zijn werk. Alle foto’s in het boek zijn dan ook door hem gemaakt en zijn zoon Sander was aanwezig op de presentatie.
Het eerste exemplaar van het boek werd overhandigd aan journalist Jan van der Putten. Ook hij vertelde dat er toen omstandigheden waren die de gewapende strijd onvermijdelijk maakten. ‘Maar ik heb me in zo’ n schietpartij wel afgevraagd of het het waard was om te sterven voor de zaak, voor het Peronisme of zo’.
Daarna was het tijd voor inhoudelijke bijdragen. Te beginnen met een uitgebreide ‘ keynote’ door de Belgische sociologe Francine Mestrum. En in het middagdeel, onder leiding van Julienne Weegels van CEDLA vertelden achtereenvolgens Carlos Morales (over El Salvador), Ria Menting (Over Guatemala) en Hans van Heijningen (Nicaragua). Een uitgebreider verslag (en links naar hun gehele voordracht) staan hieronder.
——————–
De Belgische onderzoekster en doctor in de sociale wetenschappen Francine Mestrum gaf een diepgravende key note speech. Ze had het boek zorgvuldig uitgeplozen en er tien punten of conclusies uitgehaald (de toespraak is integraal te lezen op de website Uitpers waar Francine een van de centrale medewerkers van is). Hieronder slechts een zeer onvolledige samenvatting van haar punten.
Francine begon met de constatering dat de opkomst groot was (de zaal was vol, van de brandweer mochten er niet meer dan 100 mensen in…) En dat dat meteen een antwoord op de vraag van de titel was: Natuurlijk was de solidariteit nodig, en die leeft nog steeds en is heel belangrijk. Maar ook zijn er vragen en twijfels. “In het licht van de zogenaamde mislukkingen, in bijvoorbeeld Nicaragua en El Salvador, MOET die vraag gesteld worden. De solidariteit ging destijds niet naar staten, maar naar de mensen die wij moeten blijven steunen. Dezelfde vragen kun je stellen over bijvoorbeeld Cuba, Venezuela, Vietnam.” Francine was vorige week in Vietnam. Dat systeem zou je kunnen definiëren als een allesbehalve perfect ‘socialistisch georiënteerde markteconomie’. Maar ook een systeem dat duidelijk de steun van de bevolking heeft. Die was massaal de straat opgekomen om de verjaardag van de revolutie te vieren.
1) Het is een eerlijk boek, met foto’s die duidelijk maken waar het om gaat. Overtuigend, want elke strijd tegen onderdrukking verdient solidariteit, we konden niet weten dat daar later dictaturen zouden ontstaan. Verzet bood de enige kans op verandering.
2) Er was ook sprake van een romantisch, naïef geloof in revolutie, met zelfoverschatting ten aanzien van het vermogen om de wereld te veranderen. Iemand merkt op dat ‘bevrijdend geweld aantrekkelijker was dan een langzaam proces’.
3) Belangrijk is de vraag naar de nood aan geweld. Zonder geweld kun je soms niet ver komen (zie Cuba, Vietnam) maar de vraag naar de legitimiteit van geweld is actueler dan ooit. Geweld kun je nooit uitsluiten.
4) Macht (volgens Camus kan de ene dictatuur de andere opvolgen). We moeten niet naïef zijn. Soms komen er ‘goede leiders’, maar ook volbloed dictators. Linkse voorhoedes ontsporen vaak. Maar mensen moeten zelf beslissen over hun regering. De voorhoede komt vaak uit de middenklasse. Solidariteit is per definitie wederkerig; niet met de staat maar met het volk.
5) Besef van wat er mis kan gaan. Het is altijd moeilijk om beginnende fouten op te merken, of erover te praten. Venezuela of Cuba verdienen onze steun, maar ook moeten we wijzen op wat er fout gaat. Radicale grondige analyse is noodzakelijk, maar desondanks moet je mild zijn over de politieke praktijk van links in die landen. Vergelijk Ecuador en Bolivia.
6) De VS en andere grote mogendheden plegen enorme misdaden. Grote NGO’s komen wat dat betreft met een veel te mooi verhaal. In het mondiale Zuiden is nu een backlash tegen ‘westerse waarden’ die niet toegepast worden. “Yankee go home, and take me with you”.
7) Wat kun je precies bereiken met revolutionaire strijd? Mensen komen niet op straat voor socialisme maar voor brood op de plank. Economische verhoudingen zijn vaak een sta-in-de-weg. Daarom zijn reflectie en zelfreflectie zo belangrijk. Armoede kan niet alleen bestreden worden met armoedebestrijding, maar ook door ontwikkeling.
8) Wim Dierxcens merkt in het boek op dat we niet vergeten moeten wat er aan positiefs is gebeurd, en het doorbroken keurslijf. En dan is er nog de invloed op elders (zoals Vietnam inspiratie gaf aan de strijd op de Filipijnen). Denk ook aan de prachtige teksten toen bij de VN over een Nieuwe Economische Orde en dergelijke. Gezondheidszorg, alfabetisering, bewustwording. Geen paternalisme. Het Westen zit op de Titanic. Het moet gaan om vrijheid,maar dan voor iedereen.
9) Gaza, en het EZLN in Mexico laten zien hoe moeilijk het is. Je moet keuzes maken, over organisatie, samenwerking, er is vaak teveel interne strijd. Er is ook nood aan politieke vorming, bij voorbeeld in Oekraïne. De globaliseringsbeweging en het Wereld Sociaal Forum waren belangrijke initiatieven. Maar iedereen wilde zijn ding blijven doen, veel afhakers, wat maakte dat het proces mislukte.
10) Is er teveel individualisme en onverschilligheid? Klopt niet, mensen willen wel maar er heerst een gevoel van machteloosheid. Kijk ervoor uit dat je niet verkeerde lessen trekt uit de recente strijd in Midden-Amerika. Het was niet tevergeefs, we kunnen zoveel doen, dat moeten we de mensen duidelijk maken. Ondertussen werken aan verbetering van de eigen samenleving (“solidariteit is de tederheid der volkeren”).
Francine wijst op de basistekst van de arbeidsorganisatie ILO: duurzame vrede is niet mogelijk zonder sociale rechtvaardigheid. Dat is de perfecte agenda. En ze eindigt met wat ze zelf noemt de ‘ dooddoener’: El Pueblo Unido Jamás Será Vencido. We moeten ons niet uit elkaar laten spelen en zoeken naar wat ons bindt. Zoek de gemeenschappelijke verlangens en noden. Er is dringend behoefte aan nieuwe vormen van internationalisme, een nieuw links (de spirit of Bandung).
Het publiek in de zaal kan vervolgens reageren en vragen stellen:
Mario Coolen, lang actief geweest in Guatemala, wijst op de grote verschillen van culturen aldaar (met de ‘onze’ ) wat betreft opvattingen over vooruitgang en ontwikkeling. Je daarin verdiepen helpt
om te bepalen waar je heen wilt.
Ton Daggers vraagt zich af wat er aan de kinderen (van de toenmalige activisten) is meegegeven, en hoe het bij die kinderen is aangekomen?
Alejandra Slutzky wil meer weten over die tederheid. En pleit voor nederigheid ten opzichte van de mensen daar. Hoe kunnen we bouwen aan een cultureel systeem waarin we op een goede manier in de gaten houden wat er met de macht gebeurt?
Thera van Osch, lang actief geweest in Nicaragua en Honduras: La Paz empieza en casa. Zorgeconomie als basis voor een nieuwe maatschappij. Thuis beginnen.
Als Francine de microfoon krijgt, geeft ze wat antwoorden: culturele verschillen zijn er natuurlijk, maar allerlei ‘ westerse’ elementen van ontwikkeling zijn toch ook waardevol.
Zie ook de Zapatistas in Mexico, die zijn na 30 jaar strijd nog steeds arm en wij te rijk. We moeten onze eigen levensstijl bekritiseren. Paternalisme achterwege laten, luisteren naar wat mensen willen. Tegelijkertijd werken aan solidariteit. Ook heel praktisch: mensen hebben eten, kleren, instrumenten, huizen nodig. In Mexico (waar Francine veel vertoeft en dat een progressieve regering kent) gebeurt nu veel op het gebied van concrete stappen met mensen. Het motief van de regering is: “Voor het volk, de armen eerst” . Ze richten zich op sociale ontwikkeling, economie, infrastructuur.
Rien Sprenger. Over de vraag wat kinderen verteld is: zijn dochter is vaker teruggegaan, heeft films gemaakt. Maar kleinkinderen hebben het niet zelf meegemaakt, dat is een ander verhaal…
Mariëtte Uitdewilligen: woonde en woont in Costa Rica en Honduras. Ze wijst erop dat in de periode van de ‘ burgeroorlogen’ kinderen ook bang zijn geweest.
Journalist Jan van der Putten: Hij heeft vier kinderen. De jongste is bezig met projecten voor en met vrouwen die slachtoffer zijn van oorlogsgeweld, in verschillende conflictgebieden.
Thomas, journalist RTL: solidariteit wordt dus doorgeven, maar wat kan de nieuwe generatie nu doen om solidariteit te uiten?
Nieneke Galema was op 23 jarige leeftijd in Guatemala en werkte met weeskinderen en dat leverde veel op, ook voor haar. Ted van Hees: deed onderzoek naar Nederlandse multinationals ‘ en wat die aan de situatie konden bijdragen’. Conclusie: het moet hier gebeuren. Alle jongeren op zijn 75 jarige jubileumfeest bleken aan kleine projecten te doen. Geen Grote Dingen maar ze waren goed bezig.
Francine Mestrum: het belangrijkste is het gevoel van machteloosheid te doorbreken. Een op een-solidariteit is uiteraard belangrijk, maar je moet ook aan de structuren werken, die twee moet je nooit uit elkaar halen of tegen elkaar afzetten. Als wij het niet doen, doet niemand het.
————————
De overhandiging van het eerste exemplaar van het boek
Ruud Lambregts legt uit hoe de selectie van te interviewen personen in zijn werk is gegaan. We (de redactiegroep) zijn bij onszelf begonnen, en zijn vervolgens gaan kijken wie we kenden of van hadden gehoord die, over de verschillende landen verspreid, actief is geweest. En die hebben we geïnterviewd. We moesten na een tijdje stoppen maar hadden nog wel honderd namen die er ook bij hadden gekund. Daarbij is geprobeerd een beetje thematisch en per regio te zoeken, maar erg wetenschappelijk was dat dus niet. Bij de uitwerking van de interviews hebben we alle geïnterviewden de kans gegeven hun eigen tekst te corrigeren of aan te vullen. In sommige gevallen hebben de betreffende personen hun eigen verhaal herschreven. Het is dus vooral ‘ hun’ verhaal, en geen wetenschappelijke versie. Sommige mensen wilden niet geïnterviewd worden en in een geval deinsde de geïnterviewde terug voor publicatie ervan.
Wat wel wetenschappelijk aangepakt werd, was de codering van de interviews, door Lou en Ria. Op basis van de resultaten werd door Lou het hoofdstuk De Solidairen gemaakt.
Op de website van het boek (https://www.washetdemoeitewaard.nl/) staan alle teksten. Wat de plannen voor de toekomst zijn, is nog niet helemaal duidelijk. Maar reacties zijn altijd welkom en zullen een plek krijgen. Ook als je ‘ lokaal’ wat wilt organiseren rond het boek of de thematiek, helpt de redactiegroep graag mee.
Jan van der Putten, nestor van de Latijns-Amerika berichtgeving in Nederland vanaf begin jaren 1970 wordt naar voren geroepen om het eerste exemplaar in ontvangst te nemen. Hij heeft net zelf zijn memoires uitgebracht onder de titel Tijd van Illusies.
Hij vertelt, na het eerste exemplaar in ontvangst te hebben genomen, dat hij zich de vraag (Valio la Pena?) ook vaak gesteld heeft, bijvoorbeeld als hij midden in schietpartijen terecht kwam, in de tijd van het Peronisme in Argentinië, of de burgeroorlog in El Salvador. “Het is vaak niet leuk, maar je moet het wel doen. Dat geldt voor journalistiek maar ook voor solidariteit en verzet. Je Moet Het Doen. “Je weet niet wat er uiteindelijk uit voortkomt”, vervolgt Jan. Er zijn situaties waarin je niet neutraal kunt zijn. Dat geldt nu helemaal, er zijn nu overal monsters.” ” De objectiviteit gebiedt ons om ons te verzetten en de straat op te gaan, desnoods een beetje strompelend. Over Gaza bijvoorbeeld. Daar moeten we ons tegen verzetten, leren van het verleden, geen illusies, realistisch maar nimmer versagend.”
Sander van Lanen, de zoon van Piet den Blanken krijgt ook een exemplaar. Hij vindt het een prachtig boek en vertelt over hoe zij nu bezig zijn met ‘intergenerationele overdracht’.
Na de lunch gaan we in op de ontwikkelingen binnen drie landen in Midden-Amerika. Onder leiding van Julienne Weegels. Ze is assistent-professor aan het CEDLA, deed onderzoek naar de gevangenissen in Nicaragua maar kwam na de opstand van 2018 het land niet meer in en is nu actief in de Werkgroep Nicaragua.
Ze heeft ook in El Salvador gewerkt en ziet in beide landen nieuwe sociale bewegingen ontstaan. “De strijd is steeds meer democratisch versus autoritair, in plaats van links versus rechts”.
Carlos Morales over El Salvador
Carlos is in El Salvador actief geweest in de volksbewegingen in de jaren ’70, is daarna bij de verzetsbeweging FMLN gegaan en was politieke gevangene. Sinds de vredesakkoorden van 1992 woont Carlos hoofdzakelijk in Nederland.
Ook Carlos begint met de titel: Valio La Pena: Is dat de juiste vraag? Het moest gebeuren, er was geen keuze. Bij dergelijke strijd wordt geen voorafgaande kosten-baten analyse gemaakt. Veel was geen keuze maar noodzakelijk.
Natuurlijk speelden ook grote dromen en verwachtingen een rol, maar armoede, dictatuur, dat was wat hen bewoog, niet zozeer de dromen. Niets doen was een groter offer dan de straat op te gaan (niet persoonlijk natuurlijk, hij had het land kunnen uitgaan, maar dat is nu voor migranten in de VS ook niet meer mogelijk). Wie in opstand kwam had ook geen beeld van hoe lang de strijd zou duren
In de jaren ’70 is nog wel geprobeerd met onderhandelingen te voorkomen dat de strijd zo zou escaleren, maar het was duidelijk dat dat niet ging lukken. Daarna kreeg je de revolutionaire oorlog in de jaren ’80, maar de oorlog tegen de volksbewegingen en de repressie was al veel eerder begonnen. In 1981 was er het geplande eindoffensief, ook tegen de VS die zeer aanwezig was. Veel mensen in El Salvador zijn trots op die periode van verzet. Er zijn verschrikkelijke dingen gebeurd maar ze zouden opnieuw dezelfde keuzes maken.
De opstand van ’32 was een bron van inspiratie voor de activisten tijdens de jaren ’70 en ’80. Ook voor toekomstige generaties blijven de gebeurtenissen van toen een bron van inspiratie en maken deel uit van het cultureel erfgoed. Maar zonder te idealiseren. Er gaat nu van alles fout, maar tegelijkertijd is er veel bewaard gebleven. Een voorbeeld daarvan zijn de gemeenschappen die vandaag de dag strijden tegen de open mijnbouw.
Het einde van de koude oorlog, en het einde van de eerste sandinistische regering in Nicaragua in ’90 viel samen met het einde van de revolutionaire strijd, wat resulteerde in het vredesakkoord van ’92. De uitkomst was anders dan de politieke activisten hadden gehoopt. Voor sommigen was het een teleurstelling maar het is niet voor niets geweest. Het was de start van een democratisch proces en een periode van vrede voor El Salvador. Daarvoor was het ondenkbaar dat linkse partijen aan verkiezingen mee konden doen of linkse boeken uitgegeven konden worden. Het leger terug naar de kazerne, de politie hervormd et cetera, dat waren belangrijke historische verworvenheden.
Sociale bewegingen werkten aan verzoening en vrede. Maar het kapitaal ging door met neoliberale hervormingen, bezuinigde sociale voorzieningen weg, maakte de sociale cohesie kapot,wat leidde tot een maatschappelijke verloedering en veel migratie naar de VS, met in het kielzog de opkomst van jeugdbendes (mara’s). Door Clinton werden die deels teruggestuurd naar El Salvador en daarmee is ook het bendeprobleem in El Salvador gegroeid. Dat werd van meet af aan als een crimineel probleem gezien, niet als een sociaal probleem. Door veel Salvadoranen werd dit als hun grootste probleem gezien.
Door het FMLN werden de verkiezingen gewonnen in 2009 en 2014, wat leidde tot coalitieregeringen. Die hebben best veel voor elkaar gekregen op het gebied van gezondheid, rechten, milieu, etc. maar de grote verwachtingen werden niet ingelost en de partij verloor aan geloofwaardigheid. Met name doordat ze er niet in slaagden om de criminaliteit de kop in te drukken en de economie te ontwikkelen. Er vonden regelrechte bendeoorlogen plaats. Het FMLN probeerde daar aanvankelijk een wapenstilstand mee te sluiten maar dat maakte de partij zeer onpopulair.
De tweede regering heeft juist de oorlog aan de maras verklaard, met als gevolg dat er op grote schaal mensenrechten geschonden werden. Ook die aanpak draaide uit op een mislukking. Bij de verkiezingen 2017 werd het FMLN gedecimeerd, en was Bukele de rijzende ster. Die was afkomstig uit een coalitie met het FMLN en is met steun van delen van het FMLN en de maras gaan regeren. Dat was wel succesvol, tot de deal met mara MS13 in maart 2022 werd verbroken. Daarna barstte de oorlog tegen de maras weer los. Dat maakte Bukele zeer populair, hij voerde een noodwet in die erop neerkwam dat de meeste burgerrechten opgedoekt werden en stuurde 85.000 mensen de gevangenis in, waar de omstandigheden heel slecht zijn.
De populariteit van de president is intussen enorm, het gaat allemaal om hem, de rest van de politici zijn volledig onbekend.
Er zit een project achter, vergelijkbaar met dat van Milei in Argentinië. El Salvador heeft nauwelijks eigen bronnen, wil het land openstellen voor kapitaal. Vandaar de megaprojecten, het nieuwe vliegveld, de aanleg van treinverbindingen, alles is in dienst van het vastgoed en mijnbouw. De noodwet die van kracht is wordt ingezet tegen alle bewoners van het land. Het is een methode om angst te zaaien.
Zie de nieuwe gevangenis, waar ook de uitgewezen gevangenen van Trump onder worden gebracht. Dat dient als schrikbeeld voor migranten in de VS. Maar het maakt Bukele ook langzaam minder populair.
Veel community-leiders zitten in de gevangenis. Maar nu ontstaat er een beweging als in 1932, 1944, en de jaren ’70.
De oude generatie is getraumatiseerd, het is de nieuwe generatie die organiseert. De kennisoverdracht van de oudere naar de jongere generatie is in dit opzicht belangrijk.
Ria Menting, Guatemala
Ria heeft recentelijk een boek uitgegeven, No regresar al pasado met interviews met vrouwen die uit Guatemala gevlucht waren en zijn teruggekeerd. Ze vertelt kort hoe de recente geschiedenis die mensen heeft verraden (zie haar hele verhaal hier).
De burgeroorlog was uitermate wreed; honderdduizenden doden, honderden dorpen werden geheel van de kaart geveegd. In 1996 kwamen er vredesakkoorden tussen de regering en de verzetskoepel URNG. De oorzaken van de oorlog zouden worden aangepakt, etc.
Maar de straffeloosheid bleef, evenals de ongelijkheid, de armoede en het geweld.
De schuldigen uit het verleden staan nu weer op het podium.
Economisch gaat het beter, maar dat komt vooral door de remesas (geld dat migranten naar hun familie thuis sturen). Alle jongeren trekken weg, alleen de rijke klasse wordt beter van de export van landbouwproducten (suiker, kardemom, palmolie). De elite is volledig corrupt.
Lokale inheemse bewoners worden van hun land verdreven onder het mom van natuurbehoud. Straffeloosheid, boerenleiders worden vermoord, rechters vluchten het land uit. De machthebbers regeren en gaan in alle gevallen vrijuit. ‘Hoge militairen berecht je niet en veroordeel je al helemaal niet’.
Ria noemt het voorbeeld van de kritische journalist José Ruben Zamorra Marroquín die is opgepakt en samen met zijn advocaten is opgesloten en monddood is gemaakt.
Tegen de stroom in heeft Arevalo de verkiezingen gewonnen, maar wat kan die doen? Er zijn grote mobilisaties van de inheemse bevolking in het hele land en de ladino bevolking in de hoofdstad, ter verdediging van de democratie.
Arevalo heeft geen meerderheid in het congres, en de juridische macht is geheel ‘cooptado’.
“Wij mogen de vergetenen zijn, maar wij zelf vergeten niet” (citeert Ria Anselm Kiefer)
Het historisch geheugen is onmisbaar, waaronder werk van Piet met de bewoners van Sta Lucia.
(zie haar hele verhaal hier)
Hans van Heijningen over Nicaragua
Hans Van Heijningen heeft in de jaren 1980 in Nicaragua gewoond en is sindsdien vaak teruggegaan. Eerder dit jaar werd hem de toegang tot Nicaragua verboden. Hij vertelt de geschiedenis van het land aan de hand van zijn eigen geschiedenis en dat van ‘zijn’ dorp Comalapa.
Het dorp werd in de jaren 1980 door de contra’ s aangevallen en veel mensen verloren daarbij het leven. Mensen hebben dus een hoge prijs betaald om zich te bevrijden van de dictatuur en de VS-agressie. Maar nu is de onvrijheid in zekere zin weer terug. We moeten leren van de geschiedenis en de eigen ervaringen. Ook linkse leiders aan de top laten zich niet zelden leiden door macht en wellust.
Waarom steunt 10% van de bevolking de Sandinisten nog? Vanwege het verleden, of omdat ze zijn omgekocht, of angst dat zij door het regime te grazen worden genomen. Het Nicaragua van vandaag is opnieuw een dictatuur.
De generatie die nu verzet pleegt tegen de dictatuur is die van ‘Vrij vaderland en leven’ (ipv de oude revolutionaire leus ‘Vrij vaderland of de dood’):
Helaas leven we in gouden tijden voor dictators. Met de ondergang van de unipolaire wereld waarin de VS de dienst uitmaakte, lijkt ook de internationale rechtsorde het putje in te spoelen. Niet alleen voor de VS maar ook voor ons eigen continent geldt dat schendingen van de mensenrechten plichtmatig veroordeeld worden – vooral als het zogenaamde linkse dictaturen betreft – maar dat die getolereerd worden zolang ze internationaal geen al te gekke dingen doen. Dit heeft mede tot gevolg dat de Ortega-Murillo dictatuur in Nicaragua inmiddels niet meer wakker ligt van afkeurende resoluties van het Europese Parlement of de Organisatie van Amerikaanse Staten. De dictatuur versterkt de samenwerking met Rusland, China, Iran en Noord-Korea en heeft lak aan het Westen.
‘Er is geen kwaad dat honderd jaar aanhoudt’, luidt een Nicaraguaans gezegde. Dit laat onverlet dat momenteel alle seinen op rood staan. Niet alleen de mensen in Nicaragua hebben het zwaar maar ook hun landgenoten in de VS houden hun hart vast nu Trump de jacht op ‘vreemdelingen’ geopend heeft. Het is niet ondenkbaar dat steeds meer Nica’s de komende jaren hun heil in Europa zullen zoeken. Dit maakt het belangrijk dat wij ons uiterste best doen om te voorkomen dat de grenzen gesloten worden voor vluchtelingen. Tegelijkertijd is het zaak dat wij een steentje bij blijven dragen aan de strijd tegen de dictatuur in Nicaragua. De praktijk van de afgelopen jaren wijst uit dat onze Steungroep er in dat opzicht toe doet.
Mijn belangrijkste bron van hoop is de generatie ‘Vrij vaderland en leven’ die het stokje van verandering heeft overgenomen van de generatie ‘Vrij vaderland of de dood’. Wat blijft is de enorme levenslust, het indrukwekkende improvisatievermogen en de ongekende gastvrijheid van de mensen daar. Wij zijn Nicaragua erkentelijk omdat het land ons voor veel meer dan een stukje gevormd heeft en gemaakt heeft tot wie wij zijn. Lees zijn hele verhaal hier
Julienne doet een poging om de drie verhalen samen te vatten, en laat daarna de zaal weer aan het woord:
” ‘Was het de moeite waard’ bleek dus geen goede vraag, wat gebeurde was het resultaat van de historische ontwikkelingsgang, wat ook gold ook voor de opstand van 2018″
Toen (in 2018) was er nog een idee dat er met het Ortega-regime te onderhandelen zou zijn. Want veel studenten en demonstranten zijn afkomstig uit sandinistische gezinnen. Maar het regime gaf niets toe, jongeren konden het niet goed begrijpen, juist vanwege de revolutionaire retoriek van de autoriteiten!
De jongere generatie ging zich daardoor afvragen hoe het zat met het verleden, wat er verzwegen werd, hoe het zat met de ‘andere kant’ (contra’s).
Het is een generatie die veel minder bereid is om het leven te geven. Relatief dan, want er zijn wel minstens 328 mensen omgekomen in 2018. Gevangenschap als het moet, maar bloedvergieten niet.
De grote vragen nu zijn: wat is de rol van een nieuwe solidariteitsbeweging? Wat willen we met gerechtigheid? Er zijn toen belangrijke verworvenheden behaald, maar de strijd om die te behouden moet gevoerd blijven worden, zoals rond vrouwenrechten.
Studenten waar Julienne mee te doen heeft in Nederland willen juist wel in actie komen, bijvoorbeeld als het gaat om Gaza, maar er is veel repressie, en weinig solidariteit.
De nieuwe solidariteitsbeweging is trouwens, vergeleken met de ‘ oude’ veel inclusiever.
Vragen:
Theo Roncken, in jaren 1980 in Utrecht actief met Nicaragua, daarna Bolivia wijst naar de rol van Argentijnse militairen in de Boliviaanse repressie en later cocaïnehandel en vraagt zich af of dat bij de maras in El Salvador ook het geval is. Hij heeft ook verhalen gelezen in de krant El Faro over zelfverrijking door Bukele. En las een inspirerend verhaal over grootmoeders die kleindochters beschermen tegen de maras.
Carlos vertelt dat er veel bekend is over de aanwezigheid van Argentijnen. Ze waren betrokken bij training, bewapening, inlichtingen, hadden zelf geheime huizen voor martelen etc. Er is een uitgebreid wetenschappelijk onderzoek te vinden op internet (academia).
Wat betreft de onthullingen van El Faro over corruptie en Bukele is veel onderzoek gedaan. Familieleden en bekenden creëren eigen bedrijven en krijgen dan opdrachten van de staat. Veel informatie is geheim en schuldigen aan corruptie hebben weinig te vrezen omdat ze nu al wettelijke amnestie genieten. De officiële onderzoeksinstelling naar corruptie is ontbonden en de voorzitter, een grootgrondbezitter, legt zich nu toe op de export van dure koffie.
Ruth (zelf Salvadoraanse) bedankt de initiatiefnemers voor het organiseren van deze bijeenkomst en is blij dat er nog steeds mensen zijn die zich sterk maken voor solidariteit.
Maar waarom hebben we het niet over solidariteit met Midden-Amerika? Waarom is de regio zo verdeeld? (Ruth uit El Salvador)
Jan Juffermans: Heeft ooit de keuze gemaakt om het ‘hier te doen’, in de jaren zeventig was er de stichting twee procent. Hij was toen actief voor het CLAT. Wat is nu de rol van vakbonden?
Willy Koudstaal, vroeger werkzaam bij Hivos, in heel Centraal America. Wat is tegenwoordig de rol van de kerk ?
Thera van Osch heeft gemist dat er verschil is tussen de jaren ’80 en nu. Vandaag de dag zijn er veel
meer internationale kaders, bijvoorbeeld VN Women Peace and Security. Ze was in 2018 in Honduras waar het ‘qua gender een oorlogssituatie was’ met veel vluchtelingen. Solidariteitsbeweging moet meer gebruik van maken de internationale kaders.
Sander van Lanen: Moeten we ons niet ook richten op bedrijven en instellingen hier? Wat is rol van Nederland bij de problemen daar?
Carlos legt uit dat de gerichtheid altijd op de afzonderlijke landen is geweest. Maar op thema, bijvoorbeeld verzet tegen mijnbouw, zijn er wel internationaal georganiseerde netwerken. (Aanvullingen uit de zaal: ook wat betreft maquilas, rampenbestrijding en meer onderwerpen).
Vakbonden: veel bonden zijn ontstaan in de regeerperiode van het FMLN, ook rechtse bonden, vooral in de publieke sector. Een deel steunt nu de regering, een andere deel gaat de straat op om rechten op te eisen. Dat geldt vooral voor de publieke sector; in de private sector beweegt er minder.
De kerken in El Salvador: al sinds langere tijd zijn zeer behoudende protestantse kerken in opkomst. Die demobiliseren in plaats van hun gelovigen aan te zetten tot sociale strijd.
De katholieke kerk is progressiever en steunt bijvoorbeeld de strijd tegen mijnbouw.
Internationale afspraken en instellingen tellen nu steeds minder, zoals bijvoorbeeld de Interamerikaanse Mensenrechtenorganisatie. Overheden leggen uitspraken steeds vaker naast zich neer zonder dat het dit opbreekt.
Hans van Heijningen legt uit hoe 200 jaar geleden de vijf landjes in Midden-Amerika zijn ontstaan, na strijd tussen liberalen en conservatieven, waarvan die eersten zich sterk maakten voor een grote Midden-Amerikaanse natie. Nederland is qua handel vooral gericht geweest op Azië, Midden-Amerika was altijd minder present. Ontwikkelingssamenwerking is wel actief geweest en daarbinnen speelt de ‘ ontwikkelingsbank’ FMO een rol van betekenis.
Aanvulling uit de zaal over de rol van FMO bij het financieren van stuwdammen in Honduras, waaronder die waar Berta Caceres zich met haar organisatie tegen verzette, wat haar het leven kostte.
Er volgde een discussie over de rol van kerken en vakbonden daar.
Mario Coolen vertelt dat vakbonden minder prominent actief zijn omdat een hele generatie activisten is uitgemoord. Nu zijn het de Maya-organisaties die de democratie verdedigen. De elite is daarom bezig met een jacht op deze organisaties.
Mariette woont in Costa Rica, en wil het hebben over de titel: Valio La Pena. Was er een vraagteken? Toen was er een grote solidariteitsbeweging die nu nauwelijks nog herkenbaar is. Het is geen vergeten hoofdstuk, goed dat het thema weer opkomt. Gewapende strijd was toen de enige weg. En we hadden kleine kinderen en die waren ook bang. Het hele gebeuren had veel invloed op de gezinssituatie. Ze vertelt over een Salvadoraanse vriendin, waarvan familie vermoord is in de burgeroorlog. Die vergelijkt ze met een kind dat omkwam bij een verkeersongeluk. In het ene geval is het een tragisch ongeval. Maar de familie van de zoon die in een gevecht omkwam stelt dat ze ‘ tenminste weten waarom dat gebeurde’ .
Hans Beerends was coördinator wereldwinkels. Er was voor elk land wel een comité, veel demonstraties etc. Veel regimes zijn daarna gedemocratiseerd, en nu zwaait de slinger weer terug.
De vraag aan het panel is of de koopkracht nu vooruit is gegaan of niet.
Alejandra Slutzky vraagt de zaal om mee te doen met een in Zuid Amerika vaak gebezigde ritueel. Het gezamenlijk roepen van de leus: diezmil companeros assesinados presentes (ahora Y siempre)! Hetgeen geschiedt.
Julienne kondigt aan dat ze gaat afsluiten met een laatste antwoord: De Koopkracht is vooruit gegaan maar grotendeels door de remesas (‘familiesolidariteit’)
Waarna Ruud Lambregts aankondigt dat er met een drankje aan de bar nagepraat kan worden.







foto’s Rob Brouwer


